Het ontginnen van wijngaarden in de Champagne door mijn familie voert ons terug tot 1860. In die tijd verkochten de wijnboeren de gehele opbrengst van hun oogst aan de grote handelshuizen (Moët&Chandon, Pomery, Roederer, etc.) Deze huizen verkochten hun champagnes over de hele wereld, maar bezaten zelf slechts een heel klein deel van de wijngaarden (dat is overigens nog steeds het geval). Zij moesten daarom hun voorraad druiven afnemen bij kleine wijnboeren om hun champagne te kunnen produceren. De druiven afkomstig van Grand Cru dorpen zoals Avize waren natuurlijk het meest gewild, en werden vaak gebruikt voor hun ‘Cuvée de Prestige’.
Met mijn diploma œnologie op zak, nam ik in 1989 de leiding van ons familiebedrijf op me, met één belangrijke drijfveer : het eerbiedigen van de wijze lessen van mijn vader en grootvader, en de traditionele methodes die zij mij hebben bijgebracht. Mijn doel is om de hele wereld kennis te laten maken met ons product, en het vervult mij dan ook met trots dat men vandaag de dag in alle uithoeken van de wereld mijn champagnes kan drinken: van New York tot Tokio.
De specifieke kenmerken van elk dorp (bodem, ondergrond, microklimaat en ligging ten opzichte van de zon) maakten het in 1911 mogelijk om de ‘Échelle des Crus’ in het leven te roepen. Dit is een classificatiesysteem waarbij er een waardering tussen de 80 en 100% wordt toegekend aan elk van die dorpen, voor de kwaliteit van de druiven die ze produceren.
De dorpen met een score tussen de 90 en 99% zijn de Premier Crus, waarvan er 44 zijn. Die met een score van 100% zijn de Grand Cru dorpen, waarvan er slechts 17 zijn, en daar komen de allerbeste druiven van de Champagne vandaan.
5 kilometer ten zuiden van Épernay begint de mythische ‘Côte des Blancs’. Vijf Grand Cru dorpen liggen daar aaneengeschakeld : Chouilly, Cramant, Avize, Oger en Le Mesnil sur Oger.
De ondergrond bestaat geheel uit belemnietkrijt : een opeenhoping van fossiele inktvis, de Rolls Royce van de krijtbodems in de Champagne. Op sommige plekken, onder de hellingen waar de wijnstokken groeien, gaat deze wel tot 10 meter diep. In dit gebied wordt alleen de witte druivensoort Chardonnay verbouwd. Vandaar ook de naam ‘Blanc de Blancs’ (Wit van Wit) op de etiketten van de champagneflessen afkomstig uit deze prestigieuze streek.
Het terroir van Avize is erg beperkt : niet meer dan 262 ha. beplant met Chardonnay.
Avize en Cramant, buurdorpen en allebei Grand Crus van oorsprong, vormen het historisch hart van de Côte des Blancs. De Chardonnay heeft in deze 2 dorpen vanaf het begin zijn intrede gedaan, vooral vanwege de fijne mousse die hij ontwikkelt bij de fermentatie.
De hele Côte des Blancs volgde, toen de wijnboeren door hadden dat deze grond geschapen was voor deze druivensoort vanwege de verfijnde en elegante wijnen die hij voortbrengt.